Staal moet op een schonere manier gemaakt worden
Door technologische vooruitgang zijn we in staat om kolen te vervangen: eerst door aardgas en daarna, zodra voldoende beschikbaar, door duurzamere energie, zoals biomethaan en (groene) waterstof. Daarmee kunnen we de CO2-uitstoot van onze staalproductie fors verminderen.
Minder CO2 door minder kolen. Hoe zit dat?
In ons huidige proces stoppen we in de hoogovens ijzererts en cokes. Cokes wordt gemaakt van kolen. Bij het stoken van cokes komt CO2 vrij. Dat komt omdat koolstof (C van Carbon) uit de cokes zich bindt aan de zuurstof (scheikundige element O) van de ijzerertsen. Dat maakt uiteindelijk dat CO2 het proces verlaat. Als we in plaats van kolen andere energie inzetten, zoals waterstof (H2), dan bindt H2 zich aan O en houden we H2O (water) over. Een schoon restproduct!
Dat kan helaas niet in een hoogoven, want die is specifiek ontworpen voor het gebruik van kolen. Daarom bouwen we een Direct Reduced Iron-installatie, een nieuwe technologie, die gebruik kan maken van aardgas, biomethaan of waterstof. Naast de DRI-installatie bouwen we nog een elektrische vlamboogoven, de Electric Arc Furnace (EAF). IJzer uit de DRI wordt hier vloeibaar gemaakt.
De overstap naar groen staal
We willen dat de nieuwe installaties gaan draaien op aardgas (CH4) en de functie van één hoogoven gaat overnemen. Het gebruiken van aardgas in plaats van kolen zorgt al voor 43% *minder CO2-uitstoot. En zodra biomethaan of groene waterstof in voldoende mate beschikbaar is én tegen een betaalbaar tarief, dan willen we daarop overstappen en faseren we aardgas uit. De nieuwe DRI-installatie is zo ontworpen dat het makkelijk kan overschakelen van de ene energiebron op de andere. Ook met het afvangen en opslaan van CO2 (CCS) kunnen we deze uitstoot verder verminderen. Samen met de inzet van biomethaan en/of waterstof neemt de totale reductie van de CO2-uitstoot toe, tot een vermindering van wel 57%*.
*Percentage voor de afname van de CO2-uitstoot is gebaseerd op een uitgangssituatie van 12,6Mt CO2. Dat is een geschaalde uitgangssituatie gebaseerd op 7,23 Mt vloeibaar staalproductie.
Wat is biomethaan en hoe ontstaat het?
Biomethaan is een schoon gas dat ontstaat door gisting (of vergassing) van organisch materiaal. Denk bijvoorbeeld aan mest, landbouwafval en etensresten. Een schoon restproduct. Bovendien is biomethaan chemisch identiek aan aardgas (CH4) en kan dus op dezelfde manier gebruikt worden. In tegenstelling tot het verbranden van aardgas, waarbij CO2 vrijkomt dat al duizenden jaren onder de grond is opgeslagen, komt bij het verbranden van biomethaan CO2 vrij dat recentelijk door organisch materiaal uit de atmosfeer is opgenomen. Sinds 2024 hebben we op verschillende plekken in onze staalproductie aardgas vervangen door biomethaan. We willen biomethaan ook inzetten in onze toekomstige DRI-installatie om zuurstof uit het ijzererts te halen. Dit noemen we ook wel reduceren.
Wat is waterstof en hoe ontstaat het?
Waterstof is een brandbaar gas. Het is kleurloos, geurloos, niet giftig en bevat geen koolstof. Het kan voor dezelfde doeleinden ingezet worden als aardgas. Je kan er bijvoorbeeld mee koken en we kunnen het ook gebruiken bij het maken van staal.
Waterstof wordt met elektriciteit (liefst groene stroom natuurlijk) uit water (H2O) gehaald. Dat gebeurt met een zogenoemde elektrolyser. Hierdoor blijft waterstof (H2) en zuurstof (O) over. Waterstof wordt daarna bijvoorbeeld door ondergrondse stalen buizen vervoerd naar de DRI-installatie. Hier gebruiken we het als reductiemiddel. Dat betekent dat we met waterstof het zuurstof uit de ijzererts halen. Hierbij verbindt zuurstof (O) zich aan de waterstof (H2). Daardoor komt er bij deze manier van reduceren water vrij in plaats van CO2.
Tata Steel Nederland wil zo snel mogelijk staal produceren met groene waterstof. Het heet groen, omdat het wordt gemaakt met hernieuwbare energiebronnen zoals zon, water- en windenergie, bijvoorbeeld van de windparken op de Noordzee.
CO2 opslaan
Het is ook mogelijk om CO2-uitstoot te verminderen door deze af te vangen en permanent onder de grond op te slaan, bijvoorbeeld in de lege gasvelden onder de Noordzee. Dit noemen we CCS en staat voor Carbon Capture and Storage. Wereldwijd wordt deze bewezen techniek al gebruikt om snel CO2 te verminderen, zoals in Noorwegen, de Verenigde Staten en Australië. In Nederland wordt verwacht dat het eerste CCS-project in 2026 van start gaat, onder de naam Porthos. Wij willen een deel van de CO2 die nog ontstaat bij de nieuwe installaties, via CCS omlaag brengen.


